Over Sappho





Dichters uit Nederland en België die in de eenentwintigste eeuw debuteerden schrijven over de dichteres Sappho, die ongeveer 600 jaar voor Christus leefde op het eiland Lesbos. Met deze blog wordt een voorschot genomen op een programma over de poëzie van Sappho tijdens de drieënveertigste editie van het Poetry International Festival (dinsdag 12 tot en met zondag 17 juni 2012).



woensdag 25 april 2012

6. Fred Papenhove



Orde

Sappho heeft mij verlaten,
haar lichaam wordt nu
door een ander bezet.

Alles wat ik bedenk:
haar verdrinken in zee, opblazen
met semtex, wurgen met mijn handen,

valt teniet bij de constatering:
de avond begint, het wordt koud,
ik ga de tuindeuren sluiten.



Fred Papenhove debuteerde in 2005 met De Rode Soldatenvis.

5. John Schoorl

 
Zoete appel
Ik kwam vanochtend Sappho tegen,
Ze had er de pest over in

Dat Barcelona van Chelsea had verloren,
En dat Messi een kleine terugval kent.

Verder feliciteert ze Johan Cruijff,
Met zijn 65ste verjaardag,

En hoopt ze oprecht dat
Feijenoord de Champions League haalt.

Ze was zeer in haar nopjes
Dat voor het komende EK-voetbal,

De zoete appel is verkozen tot
Officiële speelbal van het toernooi.



John Schoorl debuteerde in 2007 met A Capella.

4. Mark Boog


zoals de zoete appel
        bloost aan het eind van een tak
hoog in de hoogste twijgen
        vergeten door de plukkers
neen, niet vergeten
        maar niet te bereiken...

Het enige wat erger is dan een gedicht dat niet af is, is een gedicht dat té af is. Elke dichter streeft daarom naar het onvoltooide. Gaat hij te ver, voltooit hij per abuis het gedicht, dan zit hij met een volmaakt ronde, glanzende kei. Er kan met bewondering naar gekeken worden, in een zorgvuldig verlichte vitrinekast doet de kei het uitstekend, maar je kunt er niets mee. (De ware hermetische poëzie is dan ook niet, zoals wel eens gedacht wordt, de onbegrijpelijke, de duistere. Het zijn juist de perfecte, geheel afgewerkte gedichten, waaraan alles klopt, vlekkeloos metrum, smaakvol rijm, die ontoegankelijk zijn: alles is dichtgeplamuurd, tot aan de kieren langs de ramen en de deuren toe.)
  Stopt de dichter daarentegen te vroeg, uit luiheid of gemakzucht of simpelweg bij vergissing, verklaart hij zijn gedicht af voordat de juiste graad van onvoltooidheid is bereikt, dan is het resultaat alleen maar slordig. Er zijn overbodige regels, er wringen bijvoeglijke naamwoorden, beelden kloppen net niet en kraken in hun voegen, kunnen elk moment instorten: het gedicht is niet klaar.
  Nee, pas als het gedicht precies onvoltooid genoeg is, is het af. Er moeten rafels zijn en scherpe randen, gaten en obstakels, juist zoveel dat het onmogelijk is om het gedicht als een glijbaan te nemen: roetsj, klaar, volgende, maar niet zo veel dat het een stormbaan wordt, die zwoegend en vloekend wordt afgelegd, omdat het nu eenmaal moet. Tussen glij- en stormbaan bevindt zich het punt waarop het gedicht op zijn best is. Het nodigt tot lezen uit maar ook tot herlezen, levert genot én stof tot nadenken, sleept mee én biedt weerstand.
  Helaas kunnen we niet allemaal Sappho zijn en de prachtige onvoltooidheid zomaar in de schoot geworpen krijgen, nee, werken moeten we, werken tot niets meer voltooid is. Het grootste probleem daarbij is nog dat de onvoltooidheid niet opzettelijk mag zijn. De haken en de ogen moeten óndanks de dichter bestaan.
  Sappho wist dat, ook voordat de vernietiging haar teksten inkortte, want de zoete appel in bovenstaand gedicht (hier in de vertaling van Paul Claes) staat natuurlijk voor de voltooidheid. We proberen de vrucht te bereiken maar slagen er net niet in. Lukte het wel, het resultaat zou vreemd teleurstellend zijn. Probeerden we het niet elke keer toch weer, met volle overgave, we zouden niet eens tot halverwege de stam reiken.


Mark Boog debuteerde in 2000 met de dichtbundel Alsof er iets gebeurt.

maandag 23 april 2012

3. Sasja Janssen



Ben jij het vlak na het donker, ben jij het in die kamers
waaruit hij, mijn lief, de dagen heeft gejat, waar het beest nu
met mij paart en mijn lakens bijt zwart brutaal?

Met je dansende tong, je jurk die schuimt, niet meer
van deze tijd, ga weg, ga, maar rozenvingerig liert ze mijn verdriet
rozenvingerig laat ze me weer alleen.

Om wie ik huilen moet weet ik niet, om mijn beest dood in de kast
mijn dief die niet meer stelen komt, om haar die Sappho is.


Sasja Janssen debuteerde in 2007 met de bundel Papaver.

dinsdag 10 april 2012

2. Lies van Gasse





Ik heb me voor mijn beeldbijdrage gebaseerd op deze verzen van Sappho:

mijn tong is gebroken,
een licht vuur loopt door
mijn huid, ik zie niets meer
mijn oren suizen

zweet stroomt van mij af
een beven bevangt me
ik ben groener dan gras


Wat ik proberen te vatten heb in mijn beeld, is het dromerige, bijna mystieke dat Sappho aan de liefde beschrijft. Het lijkt haast een religieuze ervaring, waarbij de geliefden opstijgen naar een andere dimensie om in elkaars nabijheid te zijn. Ik heb ook gepoogd de kleur in dit beeld een vertellende rol te bedelen. Het helle blauw en het groen scheppen het idee van een parallelle wereld. Verder is het natuurlijk ook een vertaling in beeld van het heel zintuiglijke dat in Sappho’s poëzie opspeelt.

Lies van Gasse debuteerde in 2008 met de bundel Hetzelfde gedicht steeds weer.

1. Philip Ingelse


fragment 1:

zij fluistert … phèdre *)
………………………
zonder besef hoe gelukt ……
…………………………..
……………………………
wat hij doet …..een engel
……….ik een ander
………………………
…………….een varken**) lief.....
phèdre vat……………..
…nus……………..arthur
…………………….zich
onverg………………..
………..snipper……….ot os

*) variant: de mooiste
**) variant: monster

fragment 2:
…………….met………
ook een vloot vol jongens
……………………ze zijn
behoeft haar prijzen
die meneer daar weet niet
…………hij is……………
soms is…………………
en spreekt in mijn voordeel
zo heb ik ………….gehad
…………………haar zuster
ton… gaat met…………
hoe toch confetti………
……ankelijk valt
en ik ver…… mij t…..


Philip Ingelse (1943) debuteerde in 2002 met de bundel Gratie.